Vandaag verlieten we de zuidkust op weg naar Snaefellsnes. Maar niet voordat we het Flói Nature Reserve Friðland í Flóa bezochten. IJsland heeft veel natuur, en misschien daarom dat ze anders omgaan met reservaten? Het was apart om in een observatiehut te zitten en mensen in het veld te zien lopen.
Het is een vogelwalhalla. Op de weg er naar toe zagen we al tureluur, regenwulp, grutto en wilde zwanen met jong 😍. In het kerngebied kwamen daar roodhalsduiker, bonte strandloper en graspieper bij. En in de lucht vlogen voor ons nieuwe soorten als middelste zaagbek en kleine jager (man en vrouw) voorbij.
En dan toch op weg naar het noorden met als tussenstop het Nationaal Park Þingvellir. Ik val herhaling, maar weer veel variatie in uitzichten. Veel groener dan we zagen meer naar het oosten. Er valt in het park veel te zien, Amaar wij hebben ons beperkt tot een bezoek aan de waterval en een korte wandeling. Waarbij we alweer een nieuwe soort aan onze lijst kunnen toevoegen: de harlekijneend.
Voor de rit naar Snaefellsnes gaf Google 2 opties: via drukke weg langs Reykjavik naar boven of via de rustigere 52. De laatste werd het. Na de eerste kilometers asfalt kwamen we er achter waarom het zo rustig was…. Vele kilometers geen asfalt. Maar we werden beloond met zien van een familie raven (5 stuks).
Na tanken en eten in Borgarnes reden we naar ons laatste verblijf plaats, hotel Snaefellsnes. Onderweg werden we ingehaald door voortjakkerende personenbusjes. 1 daarvan zagen we terug bij het hotel. In gezelschap met een politiewagen.